U bent hier
Wallo-Brux is geen verrassing
De verklaring van de Vlaamse minister-president Kris Peeters over het statuut van Brussel was maar een voorwendsel voor de Franstaligen om uit te pakken met een ‘Fédération Wallonie-Bruxelles’. De stok om de hond te slaan. Het idee van een Wallo-Brux bestaat al jaren. We zijn dus helemaal niet verbaasd over deze zet.
Het Feest van de Franse Gemeenschap stond in september vorig jaar al in het teken van versterking van de as Brussel-Wallonië. Minister-president Rudy Demotte herinnerde aan zijn oproep uit april 2008 om de Franse Gemeenschap te laten evolueren naar een federatie Wallonië-Brussel.
Begin dit jaar was er een nieuw offensief met de oprichting van een ‘commissie Wallonie-Bruxelles’. Die zou zich onder meer buigen over een nieuwe naam voor de Franse Gemeenschap. Rudy Demotte en co schakelden vorige week een versnelling hoger door met veel theater wereldkundig te maken dat de Franse Gemeenschap voortaan officieel ‘la Fédération Wallonie-Bruxelles’ zal heten.
Vergeten we ook niet de ‘Note Pédagogique’ van de PS. Daarin wordt uitgelegd waarom de Franstaligen nooit zullen instemmen met een zuivere splitsing van de kieskring BHV. Ondanks de vastgelegde taalgrens verbindt die Brussel met Wallonië. Een splitsing zou dat ongedaan maken.
De PS is dus bezig met zuivere geopolitiek. In één adem wordt gepleit voor een federatie Bruxelles-Wallonie. Want: “Als Vlaanderen een staat wordt, wordt de taalgrens volgens internationaal recht beschouwd als staatsgrens.” De nota staat nog altijd op de webstek van de Parti Socialiste. Voor alle duidelijkheid: de nota dateert van mei 2008.
Mening niet gevraagd
Vier Franstalige partijen doen alsof zij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vertegenwoordigen. Mogen wij de Brusselse Franstalige ministers, die op de persconferentie in Namen waren, nog wijzen op het bestaan van Brusselse Vlamingen? En op de paritair samengestelde Brusselse gewestregering? Naar de mening van de Vlaamse partijen of die van de Vlamingen in Brussel is niet gevraagd. En wij die dachten dat Brussel de hoofdstad van Nederlandstaligen en Franstaligen was.
Bij elke onderhandeling is het er de Franstalige partijen om te doen de taalwetgeving te versoepelen, en de garanties voor de Brusselse Vlamingen en de positie van het Nederlands in de hoofdstad te ondermijnen. Niettemin worden de Vlamingen telkens weer verzocht om te betalen voor de herfinanciering van Brussel. Zullen de Franstaligen daar nu voortaan alleen voor zorgen, nu de Vlamingen toch ‘quantité négligeable’ zijn?
Hendrik Vuye, hoogleraar staatsrecht aan de universiteit van Namen, zei in De Standaard : “ (…) de Franstalige partijen menen dat zij Brussel kunnen vertegenwoordigen, zonder rekening te houden met de Vlaamse ministers van de Brusselse regering. In een ander land zou men dit een staatsgreep noemen.” Professor Vuye noemt het initiatief kenmerkend voor de Franstalige visie op de werking van de democratie: “Zijn de Franstaligen in de minderheid, dan prediken ze de minderhedenbescherming. Zijn ze in de meerderheid, dan is democratie 50 procent plus 1.” Het is iets waar we in de Vlaamse Rand, in de faciliteitengemeenten, goed kunnen over meepraten! Daarenboven willen sommige Franstaligen (zeker de MR) ook nog eens extra Vlaams grondgebied opeisen en noemen ze dat zelfs ‘banaal’.
Tegengestelde visie
De N-VA steunt de Vlaamse minister-president Kris Peeters. Logisch, want wat hij zei staat in de Octopusnota, die we samen met andere partijen hebben ondertekend. Net zoals hij vinden we dat we de positie van de Vlamingen in Brussel krachtig moeten verdedigen. Meer nog, we moeten die positie nog proberen te versterken, want ze staat duidelijk onder extreem zware druk.
De Octopusnota maakt integraal deel uit van het Vlaams regeerakkoord. Die visie gaat uit van een fundamentele tweeledigheid op basis van twee deelstaten, met daarnaast een specifiek statuut voor Brussel én een Duitstalige Gemeenschap. Dit betekent dat de twee deelstaten in hun gezamenlijke hoofdstad volwaardig kunnen participeren in het beleid waarvan het belang het stedelijk niveau overstijgt.
De keuze van de Franstalige partijen legt nogmaals een diametraal tegengestelde visie op het toekomstig samenleven bloot. Voor de Franstalige politici bestaat het toekomstige België uitsluitend uit gewesten. Voor enige samenwerking tussen Brussel en Vlaanderen is er in dat model geen plaats. In de Franstalige visie is de Brusselse deelstaat tevens homogeen Franstalig. Door namens Brussel aanwezig te zijn op de uitroeping van de nieuwe federatie, lieten de Franstalige Brusselse ministers daar geen twijfel meer over bestaan.